donderdag 31 mei 2012

Dag 18 t/m 20


Dag 18, dinsdag 29 mei

Op deze rustdag in Glückstad worden we wakker met heel ander weer. De mooie zomer lijkt wel voorbij. Het waait behoorlijk en de lange broek en de trui moeten weer aan.

Na het ontbijt ga ik naar de Spielhalle om mijn weblog bij te werken. Dat gaat niet door. Ze hebben wel internet, maar geen computer waar een USB stick in past. De vriendelijke beheerder verwijst me naar de lokale bibliotheek, die dicht bij is. En ja hoor daar hebben ze internet en mijn USB stick werkt ook. Een tegenvaller is, dat de computer mijn weblog bestand niet kan lezen. Tijdens de zoveelste poging ontdek ik dat oudere Word bestanden wel gelezen kunnen worden. Ik ga terug naar de boot en kopieer mijn weblog bestand naar en oudere versie van Word. Weer terug naar de bibliotheek en ja het werkt. Mijn weblog is weer bijgewerkt, ook met foto’s.

De bibliotheek
De speelhal


We zijn ook aardig door onze voorraden heen na twee Pinksterdagen. Bij een enorme drogisterij, die er van buiten uit ziet als een grote supermarkt, worden we door gestuurd naar een Penny, een winkel van een keten die vergelijkbaar is met Lidl.

Ik heb al een paar dagen problemen met internet via mijn telefoon. Voor de Pinksteren kreeg ik een SMS van KPN met de boodschap dat ik bijna door mijn datalimiet ben. Ik heb toen meteen geantwoord met “datalimiet uit”, waarna ik een bericht terugkrijg met de boodschap dat mijn datalimiet uitgezet wordt. Tijdens de Pinksterdagen heb ik toch geen internet en service nummer 06-12001200 is tijdens de Pinksterdagen gesloten. Vanmorgen krijg ik na enige keren proberen de KPN serviceafdeling aan de lijn. Het is een ingewikkeld probleem en moet worden voorgelegd aan de technische dienst. Zij zullen terugbellen. Om vijf uur is er nog niet teruggebeld en daarom bel ik zelf maar weer. Een zeer vriendelijke man legt me uit dat de oorzaak van het probleem nog niet is ontdekt en dat ik morgenochtend om acht uur wordt gebeld. Afwachten maar.

’s Avonds krijgen we bezoek van nicht Petra, die in de buurt woont. Er komt ook nog een collega van haar langs, een zeilfanaat, die de boot graag wil zien. Als hij vetrokken is, gaan we met ons drieën een hapje eten in Glückstad.

Petra op bezoek


Dag 19, woensdag 30 mei

Het is nog steeds fris en winderig als we om half tien de Elbe opdraaien. Er staat een NW-wind, kracht 4, maar dat deert de Antje Elisabeth niet. Ook als er een paar grote zeeschepen voorbij komen vaart ze rustig met de vloedstroom mee de Elbe op.

Vandaag is een korte vaardag. Ik wil in Wedel tanken en dat is maar een goede dertig kilometer richting Hamburg. Om twaalf uur meren we aan bij de pomp in de jachthaven van Wedel. Die is gesloten tot half twee. Egbert en ik gebruiken die tijd om een broodje te eten. Om half twee tanken we 292 liter diesel. Het is maar goed dat ik altijd wat contant geld in de kluis heb, want als ik wil betalen hoor ik dat er alleen met Duitse betaalkaarten kan worden betaald.

In het boek staat dat deze haven WIFI heeft. De havenmeester vertelt ons dat het afgeschaft is wegens gebrek aan belangstelling. Een modern land dat Duitsland. Bijna geen WIFI en met een Nederlandse bankkaart betalen lukt ook niet.

De haven van Wedel

De technische dienst van de KPN heeft vanmorgen om acht uur niet gebeld. Ik bel het bekende nummer en hoor dat ze met mijn probleem bezig zijn en dat ik echt teruggebeld zal worden. En dat gebeurt. Als we in de haven van Wedel liggen wordt ik gebeld door Jan van de technische dienst. Na een paar keer heen en weer bellen en het re-setten van alles en nog wat is het probleem dankzij deze Jan opgelost.

We maken een fikse wandeling naar Wedel en terug. Wedel is een tamelijk nieuwe stad. Het lijkt wel het Almere van Hamburg.

We eten vanavond op  de boot. Met de boodschappen die we gisteren gedaan hebben maak ik de inmiddels traditionele “rode bonen” schotel. De pan gaat schoon leeg.

Rode bonen


Dag 20, donderdag 31 mei

We varen om negen uur de Elbe op. Er is minder wind dan gisteren, maar het is veel drukker. We worden ingehaald door grote zeeschepen en ze komen ons ook tegemoet. De draagvleugelboot ven Hamburg naar Helgoland raast ook voorbij. 

Op de Elbe 


Al gauw zien we in de verte de vele kranen van de haven van Hamburg. Als we dichter bij de stad komen wordt het steeds drukker. Sleepboten, werkboten, vrachtschepen en rondvaartboten. We zien ze allemaal voorbij komen. De Antje Elisabeth danst vrolijk op de golven die ze veroorzaken.

Hamburg nadert

Even later zien we de skyline van Hamburg en ook de ingang van de City Sporthafen Hamburg. We meren aan om kwart voor elf. We liggen op een plaats die eigenlijk bestemd is voor boten langer dan twaalf meter. Op mijn vraag aan de havenmeester of dit een bezwaar is antwoordt hij: “Sie sind ein bischen klein, aber für eine Nacht ist das ok”. In het boek staat dat de City Sporthafen WIFI heeft. Na de ervaringen van gisteren vraag ik er voorzichtig naar bij de havenmeester. Ze hebben WLAN, zo noemen de Duitsers WIFI. Ik krijg een gebruikersnaam en een wachtwoord en probeer het op de boot meteen uit. Het werkt. Vandaag kan de weblog helemaal worden bijgewerkt.

City Sporthafen Hamburg

We lopen de stad in en komen bij de Binnenalster. Goede herinneringen die ik heb aan de keren dat we daar met Ali en Kees geweest zijn komen boven.

We eten een broodje aan het water. Op de terugweg gaan we naar de supermarkt en doen we boodschappen voor twee dagen. We eten op de boot.

dinsdag 29 mei 2012

Dag 17


Dag 17, maandag 28 mei

Tweede Pinksterdag 2012 wordt een bijzondere dag. Bij het opstaan is het al warm. Na een ontbijt met verse broodjes van de bakker vertrekken we om half tien. Dat is vroeg genoeg want we kunnen pas om kwart over twee door de sluis bij Otterndorf naar de Elbe, omdat die sluis alleen open gaat bij laag water.

Vanaf Bad Bederkesa varen we over het Hadelner Kanaal. Dit is na de Geeste en het Bederkesa-Geeste Kanaal het derde stuk van de Schiffartsweg Elbe-Weser. Om kwart over één zijn we bij de sluis van Otterndorf en we moeten dus een uur wachten. Er liggen ook drie andere Nederlandse schepen. Eén daarvan, de Triton, hebben we ook in Oldenburg gezien.

Voor de sluis bij Otterndorf


De schippers raken uiteraard met elkaar aan de praat en komen tot de conclusie dat het niet echt handig is om in Otterndorf, zoals gepland, te blijven liggen. Het is laag water en als we doorgaan de Elbe op, kunnen we gebruik maken van de vloedstroom. Egbert en ik besluiten daarom om vandaag al door te varen naar Glückstad.

Omdat het laag water is, moeten we voorzichtig en dus langzaam door het smalle kanaaltje van de sluis naar de vaargeul van de Elbe. Dat lukt. Als je eenmaal in de vaargeul bent, staat er in de boeken die ik bij me heb, kun je bij laag water beter oversteken. Een van de andere Nederlanders kent de Elbe en zegt dat dit onzin is. Je kunt je beter laten leiden door het verkeer. Oversteken is ook een heel eind. Aan de overkant kwamen ons een paar grote jongens tegemoet en aan onze kant varen alleen maar zeilboten. We steken niet over en hebben geen last van te laag water.


Op de Elbe

Om kwart voor zes liggen we voor het Sperrwerk van Glückstadt. Deze gaat alleen een uur voor Hoogwater een uur open en dat is vanavond pas om kwart voor zeven. Voor de tweede keer vandaag moeten we een uur wachten. Er komen steeds meer boten bij. Het lijkt wel of de hele Segel Verein Glückstad vandaag gezeild heeft. Tijdens het wachten komt de havenmeester vast het havengeld innen. Hij meldt dat de binnenhaven vol is en raadt ons aan in de buitenhaven te blijven. We mogen op onze wachtplaats aanmeren en dat doen we om zeven uur.


Buitenhaven van Glückstadt


Ook op tweede Pinksterdag is er in Duitsland geen winkel open. We kunnen geen boodschappen doen. “Am Markt” eten we op een terras zo’n schnitzel die over je bord hangt.



Op de terugweg naar de boot komen we langs een Spielhalle die internet heeft. Morgen is het rustdag en kan ik mijn weblog bijwerken. In Glückstad is geen WIFI. Ook zien we dat er in de binnenhaven plaats genoeg is. Egbert wil meteen de havenmeester ontslaan.


zondag 27 mei 2012

Dag 13 t/m 16



Dag 13, donderdag 24 mei

Het is de verjaardag van Egbert op deze rustdag in Oldenburg. Het is prachtig weer en we drinken koffie met “Apfelkuchen” op een terras op de Alte Markt tegenover de kerk. Een heel bijzondere kerk. Omdat het een kerk van een paar eeuwen oud is verwacht je dat de binnenkant dat ook zal uitstralen. Het tegendeel is waar. Binnen is het modern met witte banken en een gekleurd kruis van glaswerk. Een beetje bizar, maar wel mooi.


                                                            De jarige met zijn Pinky

De haven van Oldenburg is een getijdenhaven. Dat betekent dat de boot met eb en vloed mee omlaag en omhoog gaat. Omdat we aan een drijvende stijger liggen is dat geen probleem. Met eb raken we net de grond, maar droog liggen kun je dat niet noemen.

s Avonds genieten we van het diner ter ere van Egbert’s verjaardag in een restaurant naast de haven.`
 We hebben uitzicht op de Antje Elisabeth.



Dag 14, vrijdag 25 mei

We vertrekken om negen uur. We liggen in een smalle geul en moeten een meter of honderd achteruitvaren, langs een aantal andere boten, om de haven uit te kunnen.
Om zeven uur was het hoog water en het waterpeil is al genoeg gezakt om onder de spoorbrug van Oldenburg door te kunnen. Met de ebstroom mee varen we de Hunte af. Om een gemiddelde van elf kilometer per uur te halen moest de motor gisteren 2000 toeren draaien. We gaan nu ook met een snelheid van elf kilometer, maar dankzij de ebstroom lukt dat met 1400 toeren.
Om kwart over elf meren we al af aan de “Schwimmsteck- Anlage” van Elsfleth.

De haven van Elsfleth

We gaan het leuke stadje in, doen boodschappen en gaan ons te buiten aan een enorme ijscoupe. 



De drijvende steigers van Elsfleth zijn een prima plek om te overnachten met een karakteristieke en vriendelijke havenmeester die de hele dag duidelijk aanwezig is.

Dag 15, zaterdag 26 mei

Het is wisseldag en vandaag wordt er niet gevaren. Egbert gaat naar de bakker en we ontbijten rustig. De witte was wordt gedaan en Annelies en Pinky poetsen de boot. Om één uur arriveert Roemer met de auto uit Nederland. Hij is zo lief om Annelies en Pinky op te halen. Dat scheelt hun een treinreis van ongeveer zes uur en drie of vier keer overstappen.
Na de lunch zwaaien Egbert en ik ze uit.

De tweede week zit er op. We zijn zoals gepland in Elsfleth. De bemanning van deze week was weer zeer vertrouwd. We hebben al vaak met ons vieren op de boot gezeten en zijn op elkaar ingespeeld. Pinky verzorgt de inwendige mens, deze week zelfs met ook voor haar nieuwe recepten. Egbert, die net een oogoperatie achter de rug heeft, oefende voor de komende week. Annelies en ik wisselden elkaar af als schipper en als lichtmatroos. Egbert en ik zullen onze meisjes missen.

De tweede week:
  • Vaardagen 5
  • Vaaruren 29
  • Kilometers 165
  • Sluizen 18

s Middags horen we dat Pinky, Annelies en Roemer pech hebben met de auto. De wegenwacht komt en ze kunnen niet verder. De auto wordt weggesleept en ze worden naar een vervangende auto gebracht. Een paar uur later dan verwacht zijn ze weer thuis.
s Avonds eten Egbert en ik prima bij een “Vietnamese Italiaan”. Twee gangen en een karaf wijn samen voor € 35,00, nog een reden om een keer naar Elsfleth te gaan.


Dag 16, zondag 27 mei

We vertrekken al om acht uur, twee uur na hoog water, zodat we zoveel mogelijk gebruik kunnen maken van de ebstroom. Van de Hunte varen we de Weser op. De Weser is hier een enorm brede rivier, waar het erg druk kan zijn. Vandaag is het erg rustig, misschien omdat het eerste Pinksterdag is. We hebben geen groot zeeschip gezien. Dankzij de ebstroom varen we 12 tot 15 km per uur bij 1200 toeren en om half elf varen we Bremerhaven binnen en Gaan we de Geeste op.

De Weser
Dat het eb wordt, is al duidelijk zichtbaar. Ons plan om diesel te tanken gaat daardoor niet door. Al voordat we er achter zijn of het pompstation op zondag open is, weten we al dat we bij deze waterstand nooit bij de pomp aan de kant zullen komen. Voorzichtig varen we verder over de Geeste. De waterdiepte onder de romp varieert van maar 60 tot 110 cm. Zonder vast te lopen komen we om kwart voor twaalf bij de sluis van het “Tidesperrwerk Bremerhaven”. Na de sluis zijn we op het Bederkesa-Geeste Kanal, een niet al te breed maar erg vriendelijk ogend vaarwater.

Door laag water

Om twee uur stoppen we voor de lunch op een klein plekje midden in de natuur. We maken vast aan een bankje.
Om half vier gaan we door een zelfbedieningssluis en om vier uur arriveren we in de haven van Bad Bederkesa. Alweer een haven zonder WIFI.
Het plan voor vandaag was om naar Bremerhaven te gaan. Dankzij de Ebstroom op de Weser zijn we al in Bad Bederkesa en lopen we een dag voor op schema.
Bad Bederkesa is een Kurort. Het ziet er niet oud uit. Het lijkt wel een nieuw dorp dat gebouwd is naast het gelijknamige meer. Omdat het zulk prachtig weer is, is het er druk met wandelaars, fietsers en zeilers. Egbert en ik wandelen het stadje in en komen bij een “Spielparadies”, een speelhol waar je op allerlei machines kunt gokken. Bij dit “paradijs” hebben ze ook internet. Als ik terugkom bij de boot pak ik de USB stick met mijn weblog tekst en haast me terug naar het “Spielparadies” om mijn weblog bij te werken. En dat lukt.


Bad Bederkesa 


donderdag 24 mei 2012

Dag 10 t/m 12


Dag 10, maandag 21 mei

Om kwart voor negen vertrekken we uit Bourtange en varen we via het Bourtange kanaal naar het Ruiten Aakanaal. Het is een dag met vijf sluizen en vijf  bruggen die we allemaal zelf moeten bedienen. Sommige zijn automatisch, dan hoef je alleen maar op een paar knoppen te drukken. Andere zijn half automatisch, dan moeten de slagbomen met de hand en gaat de brug en de sluis op de motor. Weer andere zijn volledig hand bediend, dan moet ook de brug met de hand open gedraaid worden.  Af en toe doen we er drie kwartier over om door een sluis te komen.

Annelies en Pinky

Om half twee stoppen we  bij de brug van Ter Wisch voor de lunch. Na de lunch opent Annelies de brug, maar als we er door zijn, wil de “brug open” knop” niet terug in de oorspronkelijke stand en daardoor werkt de “brug dicht” knop niet. Annelies belt het 06 nummer dat op de brug staat en het is niet te geloven, maar binnen tien minuten arriveert er een monteur. Die lost het probleem snel op en we kunnen weer verder. Omdat de monteur toch zijn controleronde wil doen, rijdt hij tot Ter Apel met ons mee en bedient de laatste sluis en de resterende bruggen voor ons, zodat we door kunnen varen.

 Met de monteur

 Om vier uur meren we af in het centrum van Ter Apel. De Jumbo is dichtbij en we gaan eerst boodschappen doen voor de komende dagen. Even later komt nicht Jitske met twee dochters gezellig op bezoek. Zij wonen in Emmen, dicht bij Ter Apel.

Het centrum van Ter Apel

Het was een dag van hard werken voor brugwachter en sluismeester Annelies en haar assistent Pinky. Snel ging het niet, want we hebben zeven uur gedaan over 20 km. Maar we zijn wel in Ter Apel. Morgen kunnen we Duitsland in. Tenminste ………? Dan moet het Haren-Rütenbrock Kanal wel open zijn. Dat horen we morgenochtend om acht uur.


Dag 11, dinsdag 22 mei

De brugwachter van Ter Apel komt vertellen dat het kanaal open is. We kunnen Duitsland in. We vertrekken om kwart over negen en gaan over het Ter Apel Kanaal richting de Duitse grens. We varen het Haren-Rütenbrock Kanal op en gaan bij “Schleuse 4” de Nederlands Duitse grens over.

We verlaten Nederland


Het Haren-Rütenbrock Kanal is een kanaal van 15 km en  loopt van Ter Apel in Nederland naar Haren in Duitsland. Het is de belangrijkste verbinding tussen Noord Nederland en de Duitse Kanalen. Er zijn vier sluizen die geen naam hebben, maar genummerd zijn van 1 t/m 4. Omdat het kanaal een paar dagen dicht geweest is, denken we dat het vandaag druk zal zijn. Dat viel reuze mee, al heb ik wel meer boten gezien dan in de hele eerste week. Vanaf “Schleuse 3” varen we samen op met een andere boot.

Om kwart voor twaalf liggen we stil voor “Schleuse 2”. Het onderhoud is toch nog niet helemaal klaar en we moeten wachten tot half één. Om kwart over één liggen we weer stil. Een brug gaat niet open. We horen dat er een elektriciteitstoring is en dat er een monteur onderweg is. Wij gebruiken deze verplichte pauze om te lunchen. Een monteur zien we niet, maar om kwart voor drie kunnen we toch verder.

Om half vier gaan we bij Haren door “Schleuse 4” en varen we linksaf het Dortmund-Ems Kanal op. De gaskraan mag open. Na dagen van maximum snelheden van vijf of zes kilometer per uur mogen we ineens 12 kilometer per uur varen. Het duurt dan ook niet lang of we komen bij sluis Hilter, een enorme sluis als je die vergelijkt met de sluizen van de Groningse kanalen.

Het Dortmund-Ems Kanal lijkt meer op een rivier dan op een kanaal. Geen lange rechte stukken, maar vriendelijk kronkelend door het fraaie landschap.

Om kwart voor vijf varen we de vriendelijke haven van Lathem binnen. Het is warm en we zetten de stoelen aan de rand van het kanaal. Er is walstroom en ik draai een witte was. Annelies en ik fietsen naar het dorp en drinken op een terras een heerlijk koel Duits pilsje.


De was in Lathen aan de lijn

Als we terug komen bij de boot, hebben Pink en Egbert de stoelen op de wal gezet. We eten buiten met uitzicht op het Dortmund Ems Kanal.


Aan wal eten



Dag 12, woensdag 23 mei

We vertrekken om negen uur en gaan vanuit de haven het Dortmund Ems Kanal op. Om half negen liggen we voor de sluis van Dühte en horen dat we moeten wachten op een vrachtschip. Wat later zien we de Theodor aankomen en kunnen we de sluis in. Ik heb nog nooit zo’n vreemde sluis gezien. De sluiswanden zijn van gras in plaats van beton of damwand en er zij behalve een paar palen geen mogelijkheden om vast te maken. Na de sluis varen we een paar kilometer verder achter de Theodor het Küstenkanal op. Om half twaalf zijn we bij de sluis in Dörpen. De Theodor kan er meteen in, maar wij moeten wachten. Deze sluis is korter dan de vorige en we passen er niet meer bij. We liggen aan de wachtsteiger en krijgen gezelschap van de Ahrend, een Nederlandse boot die via een andere route dan ik, ook naar Berlijn gaat.

We naderen Surwold, de geplande stopplaats voor vandaag. Het is pas één uur en we besluiten om door te varen naar Oldenburg. Het Küstenkanal is 68 km lang met lange rechte stukken en dicht begroeide oevers, waardoor er weinig te zien is. Na Surwold zijn er geen overnachtingsmogelijkheden meer. Dat betekent 55 km doorvaren met een gemiddelde van 11 km/uur.

Halverwege zien we een zwarte bal in het water liggen. Het blijkt een grote ronde stootwil te zijn. We maken er een soort “man over boord” oefening van. Ik draai midden op het kanaal een rondje met de boot en Annelies en Egbert halen de bal met behulp van de pikhaak aan boord.

Om half zeven zijn we door de sluis van Oldenburg en om kwart over zeven liggen we in de haven van de OYC, die dicht bij de “Altstadt” ligt. Een grote supermarkt in de buurt is nog open en Annelies en Pinky gaan inkopen doen.

Het was een lange vaardag, 81 km in 9 uur. Maar we zijn in Oldenburg en kunnen morgen genieten van een vrije dag met mooi weer.

                                                    De haven van Oldenburg op z`n kant 

zondag 20 mei 2012

Dag 6 t/m 9


Dag 6, donderdag 17 mei, Hemelvaartrsdag

De eerste rustdag van deze reis en dus tijd om de was te doen. Mijn haatliefde verhouding met onze wasmachine aan boord is meteen duidelijk. Met de gebruiksaanwijzing in de hand druk ik op de aan en uitknop maar er gebeurt niets. Ik controleer de snoeraansluiting en de stoppen. Alles ziet er normaal uit, maar hij doet het nog steeds niet. De gebruikershandleiding van de boot biedt ook geen soelaas. Ik bel jachthaven Peek en vraag naar Rob. Die heeft natuurlijk vrij op Hemelvaartsdag. Ik probeer Multivlet te bellen, maar die nemen op Hemelvaartsdag de telefoon niet op. Uit frustratie druk ik op alle knoppen die de wasmachine heeft, als laatste op de aan en uitknop. Hij doet het! Een witte en een bonte was gedaan. Twee en een half uur per was, maar dan is het wel schoon.

Jachthaven Oosterhaven heeft WIFI. Ik werk mijn weblog van de afgelopen dagen bij.

Het is ook tijd voor de wekelijkse schoonmaak. Korrie neemt de binnenkant voor haar rekening en Henk en ik de buitenkant. We verwijderen nog heel wat Drents gras.

We gaan natuurlijk de stad in. Niet naar het Groninger Museum deze keer. Het is druk en gezellig in Stad. Op alle pleinen lijkt wel kermis te zijn en omdat het droog is en af en toe de zon schijnt zijn de terrassen overvol.

’s Avonds eten we uit. Henk en Korrie hebben restaurant Kleine Heerlijkheid gevonden aan het Schuitendiep. Een aanrader voor iedereen die Groningen bezoekt.

De Kleine Heerlijkheid


Dag 7, vrijdag 18 mei

Vandaag is een dag vol verrassingen. We vertrekken om half negen uit de haven en draaien het Winschoterdiep  op. En daar is opeens een brug die niet op de kaart staat en ook niet op de GPS. De GPS is vorige week nog “updated”, maar de kaart is van 2007. Die had ik wel eens mogen vervangen. We varen langs scheepswerven en de industrieterreinen van Hoogezand en Sapperemeer. Om elf uur varen we bij Zuidbroek het Wildervanckkanaal op richting Veendam en om twaalf uur liggen we in de Schutsluis van Veendam, onze eindbestemming. Alles gaat erg voorspoedig.

Tijdens de lunch besluiten we om niet in Veendam te blijven, maar door te varen richting ter Apel. Dat was gepland voor zondag, maar ik kom er achter dat op zondag de bruggen en sluizen op het Stadskanaal niet worden bediend. Ik loop liever een dag vóór dan achter, dus op naar Ter Apel.

Van Veendam naar Ter Apel over het Oosterdiep is zeven kilometer met 32 bruggen en twee sluizen. Vier brugwachters gaan op fiets en scooter met je mee om sluizen en bruggen open te doen zodat je kunt doorvaren. Na acht bruggen komen we bij Sluis Participatieverlaat. Eén van de sluisdeuren gaat niet dicht en voorlopig kunnen we niet verder. Er moet gewacht worden op duikers (gebeurde in 2009 in Vianen ook).


De kapotte sluisdeur

Eén van de ook wachtende brugwachters vertelt dat hij gehoord heeft dat het Haren-Rütenbrockkanaal van Ter Apel naar Haren in Duitsland gesloten is  en dat we bij Ter Apel voorlopig niet verder kunnen. Met de I-Phone ga ik zoeken op internet en ja hoor het Haren-Rütenbruckkanaal is wegens onderhoudswerkzaamheden gesloten tot en met 21 mei.  Dat betekent twee dagen liggen in Ter Apel en dat is geen aantrekkelijk vooruitzicht. Met de waterkaart in de hand wordt ter plekke een alternatieve route bedacht via Winschoten, Nieuweschans, de Dollard en de Eems. Ik heb het gevoel dat we die route kunnen varen en om twee uur besluiten we rechtsomkeert te maken.

Om drie uur ’s middags varen we bij Zuidbroek het Winschoterdiep weer op. Daar waren we om elf uur ook al. Om vijf uur meren we aan in Jachthaven de Rensel in Winschoten. Pal tegenover een grote AH.

De haven van Winschoten


Dag 8, zaterdag 19 mei

Al weer een enerverende dag. We vertrekken om half tien uit de jachthaven. Even later liggen we voor de spoorbrug van Winschoten waar we moeten wachten tot de trein voorbij is. Ik lees nog eens na in de Almanak wat ons vandaag allemaal te wachten staat. Ik kom tot de ontdekking dat we voor de zelfbedieningsbrug van Ulsda een sleutel nodig hebben. Die zou te krijgen moeten zijn bij de brugwachter van de spoorbrug, maar die heeft ze niet en verwijst me naar de havenmeester van Winschoten. Ik bel hem op en hij komt met een lumineus plan. De brugwachter is een vriend van hem en die wil vast wel even met de auto de brugsleutel ophalen. En ja hoor, de brugwachter stapt in zijn auto en komt even later terug met de sleutel. Ik geef hem de € 20 statiegeld en € 2 voor de benzine. Om half elf gaat de brug open en varen we, zwaaiend naar de brugwachter, verder.

Ik krijg "de" sleutel

Om elf uur komen we bij Sluis Bulsterverlaat, een zelfbedieningssluis. De aanwijzingen zijn duidelijk en we zijn er snel doorheen. Een half uurtje later komen we bij de brug van Ulsda, waar we de sleutel voor nodig hebben. We zien helemaal geen aanwijzingen. Met gevaar voor eigen leven klautert Henk de wal op en loopt naar de brug. Daar hangt op een bijna onzichtbare plaats een bordje, maar de aanwijzingen zijn niet erg duidelijk. Na het indrukken van allerlei knoppen gebeurt er toch wat. De slagbomen gaan naar beneden en de brug gaat open. Ik vaar er door heen, Henk sluit de brug en stapt aan de andere kant weer aan boord.

Henk als sluiswachter

Om kwart over twaalf zijn we in Nieuweschans, het doel voor vandaag en wachten op de komst van Annelies, Pinky en Egbert, de bemanning voor week twee. Ze arriveren om kwart over één met de auto van Henk en Korrie.

We zwaaien Henk en Korrie uit. Ik heb een geweldige week met ze gehad. Henk was een geweldige matroos en een prima tweede stuurman. Korrie heeft uitstekend voor de inwendige mens gezorgd. Ik kan meteen op dieet. Ik kan me geen week heugen met zoveel koeken en koekjes. De avonden waren gezellig als vanouds. Een lekker aperitief, eten met een glas wijn (of twee) en een borrel voor het naar bed gaan. Henk en Korrie ontzettend bedankt.

Bemanning week één

En die van week twee


We hebben met ons vieren een late lunch en overleggen wat de planning voor de komende week wordt. Voor de route naar Duitsland over de Dollard en de Eems moet je rekening houden met eb- en vloedstroom. De hoogwatertijden zijn erg ongelukkig. Of om kwart over één ’s nachts of ’s middags om half twee. Dat betekent of midden in de nacht vertrekken of ’s avonds om een uur of tien pas aankomen in een Duitse haven. En dat vinden we geen aantrekkelijk vooruitzicht. We besluiten terug te keren naar de oorspronkelijke route.

Om half drie varen we weer. Een klein stukje terug op de Westerveldse Aa en even later gaan we het BL Tijdenskanaal op. Op dit kanaal zijn meerdere zelfbedieningsbruggen. We hebben de sleutel nog. De aanwijzingen en aanmeermogelijkheden zijn een stuk beter dan vanmorgen. Annelies ontpopt zich als een ervaren brugwachter.

Om half vijf vinden we een mooie plek in de Groende Sluis aan het begin van het Veendiep bij Bellingwolde.

In de Groene Sluis


De eerste week zit er op. We zijn niet zoals gepland in Veendam, maar halen morgen Ter Apel wel.

De eerste week:
  • -       Vaardagen 8
  • -       Vaaruren 45
  • -       Kilometers 340
  • -       Sluizen 17


 Dag 9, zondag 20 mei

Vandaag een rustige dag. We hebben geen haast. Voor dinsdag kunnen we Duitsland toch niet in. We besluiten daarom naar het vestingstadje Bourtange te gaan.

Om tien uur varen we achteruit uit de Groene Sluis naar het BL Tijdenskanaal. Ook vandaag zijn het zelfbedieningsbruggen en sluizen.

Bij de Vriescheloostersluis is het zo ondiep dat ik nauwelijks bij de kant kan komen en dat Annelies met moeite de sleutel in het slot kan steken om de sluis in werking te zetten. Bij het naar de kant varen is er zoveel vuil in de wierpot gekomen dat de koeling van de motor niet meer goed werkt en bij de volgende brug begint het uitlaatalarm te piepen. Snel overschakelen naar de tweede wierpot. Na de brug blijkt dat de eerste wierpot vol zit met blubber. Annelies maakt hem schoon en we kunnen zonder piepen weer verder.


Na de Vlagtweddersluis varen we het Ruiten Aakanaal op. Even later volgt de Bourtanger sluis, waarna we het Bourtange Kanaal opvaren. Om één uur leggen we aan in de haven van Bourtange. We genieten die middag van het mooie weer en brengen natuurlijk een bezoek aan dit historische vestingstadje. We drinken er wat en eten bitterballen. Die krijg ik de komende weken niet meer.

Mooi weer in Bourtange


De bitterballen zijn op

donderdag 17 mei 2012

Dag 3, 4 en 5


Dag 3 maandag 14 mei

Al weer een mooie dag. Omdat het de eerste twee dagen zo goed gegaan is besluiten we vandaag een stukje van de route af te wijken. We gaan vandaag niet zoals gepland naar Blokzijl, maar willen na Blokzijl de Weerribben in. We vertrekken daarom al om half negen.

We varen over het Drontermeer en passeren zonder problemen om half tien de Roggebotsluis. We varen het Keteldiep op en willen via de Ramsgeul naar het Ramsdiep. Het is diep genoeg dus even stukje afsteken lijkt geen bezwaar. Niet handig want daardoor missen we de borden waarop staat dat de Ramsgeul afgesloten is. Een  stuk verder komen we daar natuurlijk wel achter, maar dat betekent omvaren via Marina Schokkestrand. Ook vandaag weer een les geleerd.

Vanuit het Ramsdiep varen we het Vollenhoverkanaal op en om kwart over één stoppen we in Vollenhove voor de lunch in de haven naast een enorme kerk. We liggen bij de waterslang en vullen de drinkwatertank. Henk en Korrie gaan op supermarktjacht en even later komen ze terug met twee tassen voorraad voor de komende dagen. Tijdens hun wandeling genieten ze van de mooie geveltjes in Vollenhove.

Om kwart voor drie vertrekken we weer en om half vier varen we door de sluis van Blokzijl. Tijdens het wachten voor de sluis genieten we van de mooie panden die rondom de haven van Blokzijl staan. Een volgende keer ga ik hier wel overnachten.

Via het Noorderdiep, de Valse Trog, de Riete  en de Wetering varen we omringd door enorme rietvelden het Nationale Park de Weerribben in. We passeren Muggenbeet, een lang gerekt dorp met prachtige huizen, waarvan er opvallend veel te koop staan.


Een tjasker in de rietvelden

Om kwart voor vijf meren we aan bij een ligplaats aan de Heuvengracht in de buurt van Kalenberg. Het is een officiële ligplaats, maar zonder bolders. Er staat een paaltje en een bord voor het voor- en middentouw en voor het achtertouw slaan we een pin in de grond.


Midden in de Weerriben


Dag 4, dinsdag 15 mei

Het luchtbed van Henk is vannacht om duistere reden leeggelopen. Hij was daardoor om half vijf al wakker. Vanavond maar eens kijken of we de oorzaak kunnen opsporen.

We vertrekken om kwart voor negen en varen door de Weerribben over de Kalenberger gracht. Kalenberg ziet er heel anders uit dan Muggenbeet. Geen grote dure huizen, maar verbouwde kleine boerderijtjes en arbeiderswoningen.

We verlaten de Weerribben bij Ossenzijl en varen Het Kanaal Steenwijk-Ossenzijl op. Hier worden de bruggen automatisch bediend. Voor elke brug varen langs een elektronisch oog. De lichten springen op rood/groen en even later gaat de brug omhoog.
Het is vandaag een kille dag met regelmatig een bui. Het is ook koud en daarom laten we de kachel lekker aan.

Voor Steenwijk gaan we het Kanaal Beukers-Steenwijk op richting het zuiden. Dat lijkt niet logisch als je morgen in Groningen wilt zijn, maar het moet omdat we terug willen naar de oorspronkelijk geplande route. De omweg door de Weerribben is uitstekend bevallen. Eén van de mooiste stukjes natuur van Nederland.

Om half twaalf passeren we Giethoorn en even later varen we via de Belter Wijde de Beukersgracht op. Omdat de Beukerssluis tussen twaalf en één uur gesloten is stoppen we voor de lunch. Om kwart over één  zijn we door de sluis en varen we het Meppeler Diep op naar het noorden, de goede kant op.

Om twee uur zijn we door Meppel, waar je behalve industrieterreinen niets van ziet, en komen we op de Drentse Hoofdvaart, een prachtig stukje water. Je voelt je een beetje teruggeworpen in de tijd. De bruggen en sluizen worden allemaal nog met de hand bediend door brug en sluiswachters die, ook al regent het, vriendelijk blijven.


Sluiswachter aan het werk

De planning vandaag is de passantenhaven van Dieverbrug. Dat lukt net niet. Als we om vijf uur de sluis van Dieverbrug naderen staan de lichten al op dubbel rood. Voor de sluis liggen we op een prima plaats.


Bij Dieverbrug

We hebben twee lange vaardagen achter de rug. Maar de omweg door de Weerribben was meer dan de moeite waard.

’s Avonds krijgen we bezoek van Ton en Magda die in de buurt wonen.


Dag 5, woensdag 16 mei

Om kwart voor negen zijn we door de Dieversluis en gaan we verder op de Drentse Hoofdvaart. Bij de derde sluis, de Veenesluis, horen we van de sluismeester dat morgen op Hemelvaartsdag de bruggen en sluizen niet bediend worden. Dat had ik me niet gerealiseerd. Dat betekent dat we vandaag Groningen echt moeten halen en dat we moeten opschieten.  Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. We hebben vandaag zes sluizen en heel veel lage bruggen. Ons tempo wordt niet bepaald door onze eigen snelheid, maar vooral die van brug- en sluiswachters. Die werken gelukkig mee. Om twaalf uur, het is lunchtijd voor de brug- en sluiswachters en dus ook voor ons, zijn we bij brug in Assen. Om één uur kunnen we verder en varen we het Noord Willems Kanaal op. Voorbij Assen is ook het Drentse Hoogland afgelopen. De volgende drie sluizen dalen we vijftien meter.

Onderweg lezen we in de Almanak dat de bruggen in Groningen niet bediend worden van vier uur tot half zes.  Om half vijf meren we daarom aan voor de eerste Groningse brug, de van Ketwich Verschuurbrug. Om half zes varen we Groningen binnen. Er zijn nog een paar bruggen te gaan, maar we hebben het gehaald.


Wachten voor Groningen

Bij één van de bruggen staan de lichten op dubbel rood, maar we kunnen er onder door. Op de kaart heb ik niet gezien dat pal achter deze brug nog een fietsbruggetje ligt met een doorgang van 80 cm. Vol in de achteruit, het gaat gelukkig goed.

We varen langs het station en het Groninger Museum, passeren de Here- en Oosterbrug en komen aan bij Jachthaven Oosterhaven, op loopafstand van het centrum van Groningen.

Het weer is de hele dag al wisselvallig en onstuimig. Bij het aanmeren doet de Noord Westen wind zijn uiterste best om deze schipper het leven moeilijk te maken. Een buurman kijkt een beetje moeilijk, maar het gaat allemaal goed.

We zijn door onze voorraden heen, dus Henk en Korrie gaan naar de dichts bij zijnde AH. Ik sluit de elektra aan en vul de watertank. We zijn klaar voor een vrije dag in Goningen.


In de Oosterhaven